dec
18
2013

Superdiversiteit

Diversiteit

Blog

Op dinsdag 17 december trok de Socius-Karavaan naar de Universiteit van Antwerpen om zich te herbronnen over superdiversiteit. Sprekers van dienst waren Dirk Geldof en Nadia Fadil. Dirk Geldof nam het voortouw en schetste op een heldere manier wat we nu eigenlijk onder superdiversiteit mogen verstaan. Nadia Fadil reageerde met enkele rake commentaren.

Superdiversiteit

Superdiversiteit verwijst naar de sterke toename van het aantal mensen met een migratieachtergrond. Toch gaat het om meer dan dat. De superdiversiteit van de 21ste eeuw verschilt van de migratie uit de 20ste eeuw door een verandering van de migratiepatronen en de impact daarvan op onze samenleving. Superdiversiteit kent dus een kwantitatieve en een kwalitatieve dimensie. De kwantitatieve dimensie heeft te maken met de zeer grote toename van etnisch-culturele diversiteit. De kwalitatieve dimensie verwijst naar de groeiende diversiteit binnen de diversiteit. Daar waar de migratiestromen in vorige eeuw slechts afkomstig waren uit een bepekt aantal landen (Italië, Polen, Spanje, Griekenland, Marokko en Turkije), stromen mensen nu toe vanuit heel de wereld. Vooral in stedelijke gebieden is dit zichtbaar en kan men spreken van ‘majority-minority cities” – steden waar de meerderheid bestaat uit minderheden. Superdiversiteit is met andere woorden niet zomaar een woord of een bepaalde normatieve uitspraak, neen het is een feitelijk en empirisch gegeven waar we mee moeten omgaan.

Uitdagingen voor het sociaal-cultureel werk

Deze superdiversiteit stelt ons voor een reeks belangrijke uitdagingen. Geldof schetste er tijdens de lezing een negental. Ik lijst er hier slechts enkele op.

Geraken we voorbij het wij-zij denken?

Het gaat niet meer om wij dé Belgen en zij de Marokkanen. Gezien de feitelijke superdiversiteit kunnen we niet meer spreken over een wij en een zij en is ook steeds meer sprake van gelaagde identiteiten. De klassieke assimilatietheorie verwerpt dubbele en gelaagde etnische identiteiten en vraagt dus om grondige herziening.

Maak van integratie opnieuw een positief burgerschapsverhaal!

Integratie kan je niet afdwingen. Dirk Geldof: ‘Er blijft in de samenleving een wijdverspreide grondtoon die superdiversiteit als bedreigend ervaart, integratie gelijkschakelt met assimilatie en culturele schuldmodellen hanteert. Daartegenover een krachtgerichte benadering ontplooien, is allesbehalve evident. De Nederlandse socioloog Willem Schinkel spreekt in ‘De gedroomde samenleving’ (2008) van een oprukkend neo-racisme en culturisme. Schinkel pleit provocerend voor een afschaffing van het hele (integratie)beleid. Hij zet het woord (integratie) bewust tussen haakjes, omdat (integratie) voor hem een symbool is. Het is bedoeld om de scheiding tussen ‘leden van de samenleving’ en ‘niet-geïntegreerden’ op te heffen, maar draagt daardoor juist bij aan de voortdurende uitsluiting van diegenen van wie de (integratie) wordt geproblematiseerd. Zo komen we tot een – door sommigen bedoelde, maar door velen onbedoelde – uitsluiting van mensen met een andere cultuur’.

Sociaal werk is werken aan herverdeling én erkenning

Is ons diversiteitsbeleid gericht op herverdeling of op erkenning? Bij een politiek van herverdeling staat het aanpakken van de structurele ongelijkheid centraal. Beleid en hulpverlening vanuit dit perspectief proberen structurele achterstelling te bestrijden. Men vertrekt vanuit de idee dat iedere mens gelijk(waardig) is en streeft naar gelijke (basis)rechten voor iedereen. Cruciaal is dat men mensen als gelijke gaat behandelen.
Een politiek van erkenning poogt via cultureel-symbolische verandering ondergewaardeerde groepsverschillen positief te bekrachtigen, vanuit een positieve waardering van culturele diversiteit. Groepsverschillen worden – ten dele – bevestigd.
Maar hoe gaan we om met de paradoxale spanning waarbij herverdeling vraagt om een behandeling als gelijke, en erkenning om een behandeling als verschillend?

Meer lezen?


Emilie Van Daele

Emilie Van Daele

Scroll to Top